Witherenpastorie

De dubbel omgrachte pastorie, een detail uit kaart van C.Lowis met eigendommen van de abdij van Averbode in Zutendaal

Klik hier voor de ligging op Google Maps

In 1310 werd de eerste pastoor Witheer, Arnoudus of Arboudus, genaamd Erlebout benoemd. Eerste geschriften van een pastorij dateren van 1599. Vóór dat jaar, geen spoor. In 1659 werd een nieuw verblijf bijgebouwd en voorzien van een dubbele gracht en twee ingangspoorten met ophaalbrug. De huidige ingangspoort met duiventil en de aangrenzende tiendenschuur dateert uit 1661.

Naast de 3 schansen in Zutendaal betekende ook dit een toevluchtsoord in geval van onheil, zoals o.a. in 1639 de intocht van 3000 soldaten van Henricus van Nassau met opeisingen, plunderingen en mishandelingen van de bevolking. In 1648 teistering, baldadigheden, moorden en verminkingen door Lorreinse troepen. In 1702 hoofdkwartier voor Joan Churchill Marlborough die van hieruit zijn aanvallen leide op de steden Venlo en Maastricht. Aan de lopende band voorbijtrekkende roversbenden.

In 1783 begon het metselwerk van de huidige pastorie nadat een aantal van de dubbele grachten werden gedumpt. In 1790 kon de pastoor zijn intrek nemen in de nieuwbouw in Maaslands-classicistische stijl. De afwerking duurde nog enkele jaren. Specialisten uit Italië werkten schouwen en stukadoorwerk af. De grote pastorie verschafte onderdak voor de pastoor, twee kapelaans en ook wel eens aan paters uit Averbode die hier rust kwamen opzoeken.
De paters bleven in Zutendaal het pastorale ambt uitoefenen tot in 1831.

Onze-Lieve-Vrouwekerk

Klik hier voor de ligging op Google Maps

Een kerkgebouw barst van de symbolen. In de middeleeuwen waren symbolen een vertrouwde taal die zonder moeite kon “gelezen” worden, ook door de ongeletterden. Vaak verwijzen ze naar grote levenskrachten, de elementen water, vuur, licht en lucht, de goden, het universum of abstracte begrippen zoals liefde, wijsheid, waarheid, rechtvaardigheid, …

Reeds in de zevende eeuw werd een eerste kapel opgericht in de buurt van de huidige brug over het Albertkanaal. Andere bronnen, onder andere de legenden, vertellen dat men eertijds de kerk op de Zavelbergskens tussen Gebroek en Mandel had willen bouwen. In 1640 vertelde Lijsken Sijmens het volgende: “dat sij van haer ouders had hooren seggen, dat nu eenige hondert jaren, als men de kerck tot Suetendael ierst soude timmeren, dat men die ierst hadde begost te timmeren in de Maandel, sc. als men compt van Stalleken uijt Sijmens huisinge, gaende nae de kerck, aan de rechtersijde. Daer placht eertijds te staen een steenen cruis, …/… hetgeen dat dags gemetst oft getimmerd worde, dat worde snachts wederom gebrocken …/… Maar saavonds oft snachts op die plats, daere de kerck nu nog staet, aldaer worden gesien een kleyn lichtjens, hetwelcke de inwonders vant dorp gemovert heft aldaer een kerck te gaan timmeren.”

Na de aanstelling van de eerste pastoor in 1310 zou men overgegaan zijn tot het bouwen van een gotische kerk waarvan we de kenmerken nu nog terugvinden in het koor, schip en westertoren. Rond 1500 onderging deze kerk nog enkele opmerkelijke veranderingen. De kerk werd gewijd aan O.-L.-Vrouw.

In 1598 werd de kerk geteisterd door een zware brand. De 14de eeuwse muren van de middenbeuk, het gotisch koor en de westertoren bleven gespaard. Pastoor Sauwen maakte de kerk weer bruikbaar. In 1896 onder pastoor Vanroy werd het heiligdom voor de laatste maal vergroot tot de huidige kerk. De kerk heeft wegens de verbreding, haar oude zijbeuken verloren en er bleef niets over van het oorspronkelijke gebouw dan de toren, de middenbeuk en het onderste gedeelte van het koor. Langs buiten valt een eigenaardigheid op bij het koor; het onderste deel van de absis is rond, terwijl op hoogte van de vensters de muur drieledig is. Het gewelf van het koor is uit mergelsteen, sierlijk en kunstig bewerkt. De bogen sluiten naar boven toe aaneen met een ronde sluitsteen en eindigen naar onder op een kapiteel, waarop enkele motieven zijn aangebracht (eend, boom, bloem, dwerg en vermoedelijk ook een alpha en omega, een vroeg christelijk symbool van de Godheid).

Broekermolen

Foto uit 1939 – Klik hier voor de ligging op Google Maps

De Broekermolen, ook Broekmolen, Daalmolen of Suetendaelmolen is een bovenslagmolen voor het malen van koren. Het waterrad meet ongeveer 3,6 meter en wordt aangedreven door water van een wijer gevoed door de Zutendaalbeek.

In één van de oudste registers vond pastoor Vandebeeck dat er in 1516 al sprake is van de molen waarna meerdere vermeldingen van eigenaars-bewoners konden opgespoord worden. In 1628 komt de molen in bezit van een verpachter waarna ze in 1668 wordt verkocht voor 4.350 gulden en in 1692 opnieuw wordt verpacht. In 1739 koopt de heer Roelants van de landcommanderij van Alden Biesen twee leningen staande op de molen af en verpacht hij de molen in maart 1744. In 1813 wordt de heer Roelants nog steeds vermeld als eigenaar. Later volgen er nog een aantal eigenaars en molenaars.

Vermeldenswaard is een totale herbouw in 1866. In 1919 koopt molenaar Augustinus Aerden de molen. Op 17 september 1939 wordt de woning met watermolen en stallingen onder water gezet door de Belgische militaire overheid met het doel de opmars van het Duitse leger te stopppen. Heel het gezin Aerden, vader, moeder en acht kinderen moeten de woning in allerijl verlaten. Het gezin kreeg samen met de koeien, het paard en een partij kippen nog dezelfde dag onderdak bij familie en kennissen. Op 10 mei 1940 vindt de Algemene Mobilisatie plaats en valt Duitsland ons land binnen en de tweede wereldoorlog breekt uit. Alle materiaal, dat gedurende 9 maanden in het water had liggen rotten en roesten, was onbruikbaar geworden. De muren van het woonuis waren begroeid met schimmels en paddenstoelen. Er werd een nieuw woonhuis gebouwd aan de straatkant waar voorheen de schuur stond.

In 1995 werd de molen beschermd als monument. Er kwam een nieuw metalen bovenslagrad met aanvoergoot. Het binnenwerk, met twee steenkoppels, is wel nog aanwezig, maar de molen is niet maalvaardig.

De Broekermolen wordt bewoond door particulieren en is niet publiek toegankelijk